Kim Kalee

  Almere        Baanwielrennen        Ze gaat voor 2024       Nederlands Kampioen Junioren 2018 | 2019
 

‘Ik sprint graag op de Oostvaardersdijk’

Kim Kalee (19) uit Almere werd ontdekt tijdens een talentdag van NOC*NSF in 2016. Vanaf dat moment ging ze als een speer en mag ze zich Nederlands kampioen junioren (500 meter) en teamsprint noemen. Op dit moment is ze volop in training voor haar eerste Olympische Spelen, in 2024.

Ontdekt op de Talentdag
Na een week hard trainen op Papendal trekt Kim Kalee uit Almere nog een sprint op de Oosvaardersdijk. Beuken tegen de wind in is een lekkere, zware training voor de baanwielrenster. En tegelijkertijd heel ontspannen. Tussen het Markermeer en de Oostvaardersplassen heeft ze niet alleen de ruimte, ze voelt het ook. ‘Heerlijk!’ ‘Even lekker voluit gaan op de Oostvaardersdijk is ideaal, want mijn baanfiets heeft natuurlijk geen remmen’, lacht ze. ‘Ik fiets vaak een rondje Oostvaardersplassen en dan ga ik terug over de dijk. Die is mooi lang en recht en daardoor heb ik alle tijd om mijn fiets uit te laten lopen.’ Doordeweeks traint ze in topsportcentrum Papendal. Sport, school en trainen zijn volledig op elkaar afgestemd, zodat ze haar droom achterna kan: meedoen aan de Olympische Spelen in 2024.

Droom achterna
Totdat Kim werd ontdekt tijdens een NOC*NSF Talentdag in het Topsportcentrum in Almere turnde ze. Atletiek leek haar wel wat, maar het werd baanwielrennen. ‘Expressief en snel, dat past bij mij. Ik houd van sprinten. Hoe sneller hoe beter.’ Baanwielrennen kent verschillende disciplines. ‘Als we de teamsprint doen, dan moet je zo snel mogelijk wegkomen en op topsnelheid komen. Bij de keirin (waarbij je eerst enkele ronden achter een scooter rijdt) komt er ook tactiek bij. Tempo hooghouden en afwachten of ga ik er al voorbij? Dat spelletje vind ik heel leuk.’

‘Gelukkig krijg ik alle ruimte om me te focussen op mijn topsportcarrière. Ik train nu voor het Europees kampioenschap onder de 23 jaar deze zomer. Dit jaar of volgend jaar hoop ik de overstap naar het topsportteam te maken en dan komen de Spelen in 2024 al een stapje dichterbij.’