Baanwielrenster - Kim Kalee

Baanwielrenster - Kim Kalee

“Constant jezelf dwingen door de pijn te trappen”

Baanwielrenster Kim Kalee uit Almere is een schoolvoorbeeld hoe talentontwikkeling werkt. De Almeerse kwam in 2016 als turnster op de NOC-NSF talentendag in het Topsportcentrum Almere. Haar doel? Een plekje veroveren in het atletiek talententeam. Maar wat bleek: ze had aanleg om baanwielrenster te worden. Inmiddels zijn Kim Kalee en de (baan)fiets onafscheidelijk geworden.

Kimberley Kalee werd op 7 maart 2002 in Almere geboren. Bij haar overstap van het turnen naar het baanwielrennen is er vanuit het NOC-NSF eerst gefocust op duurtrainingen en daarna op kracht. In tegenstelling tot de turnsport waarbij je je hele lichaam traint focussen baanwielrenners zich vooral op de armen en benen. Dat kost tijd, energie maar ook geld. Kalee moest immers iedere keer van Almere naar Papendal of Omnisport Apeldoorn reizen om die trainingen bij te wonen. Een financiële tegemoetkoming vanuit Topsport Flevoland helpt de Almeerse bij het najagen van het dromen.

Successen 

En dromen doet de inmiddels 19-jarige Kalee zeker. Kalee heeft sinds de talentendag eind 2016 al behoorlijk wat successen geboekt op de wielerbaan. Ze is momenteel lid van het Nederlands Talententeam, waar ze uitkomt op het onderdeel Sprint. “Na een aantal jaren te hebben geturnd was voor mij de lol daar wel een beetje vanaf. En net op dat moment zagen we in de krant staan dat er een NOC-NSF talentendag werd georganiseerd in Almere. Ik heb mij daarvoor ingeschreven en heb daar diverse loop- en fietstrainingen afgewerkt. Op de wattbike bleek dat ik best hard kon fietsen. Een paar dagen na die dag in het Topsportcentrum werd ik door de baancoach gebeld dat ik een keer een dagje mocht meetrainen met de baanwielrenners. Dat was voor mij best een verrassing. Ik fietste wel, maar op een mountainbike en baanwielrennen had ik zelfs nog nooit van gehoord. Ik ging er dan ook helemaal blanco in.”

Verstand op nul

Na een toch wel spannende dag waarop Kalee samen met het Nederlands talententeam op de wielerbaan reed, was het voor de Almeerse wel duidelijk: dit is een mooie sport. Dus ging bij haar het verstand op nul en de gashendel open: “De eerste keer omhoog in de baan was best spannend, maar ik vond het eigenlijk ook direct leuk om volle bak te gaan op de baanfiets. Die snelheid was heerlijk, zonder nadenken knallen om eruit te halen wat erin zit.”

Bliksemcarrière

Zo snel als ze de baan rond ging, zo snel verliepen ook de eerste jaren van haar carrière. De successen lieten niet lang op zich wachten. In 2018 vertrok ze naar Papendal en wist daar flinke stappen te zetten. In datzelfde jaar werd ze Nederlands kampioen bij de junioren op de 500 meter sprint en een jaar later veroverde Kalee tijdens het EK junioren in Gent op diezelfde afstand de vijfde plaats. “Dat het zo snel is gegaan heeft mij ook wel verrast. Bij het turnen was mijn lengte (Kalee is 1 meter 80, red.) altijd een nadeel. Bij het baanwielrennen kan ik mijn lichaam juist goed gebruiken om veel kracht op de pedalen te zetten. Ik had – zonder dat ik dat zelf wist – aanleg voor deze sport en daardoor boekte ik al snel goede resultaten.”

Bij het baanwielrennen draait het voornamelijk om hoge wattages en dat volhouden terwijl je door de verzuring heen trapt. Op de meest recente Olympische Zomerspelen in Tokyo lieten de mannen en vrouwen van het Nederlands team zien dat ‘we’ daar erg goed in zijn. Voor sprinter Kalee komt daar ook nog de start bij: “Voor mij geldt dat ik mij zo snel mogelijk op gang moet trekken en dan op zoek ga naar je piekwattages (bij Kalee ligt die op 1500 watt, red.). Daarna is het een kwestie van zolang mogelijk volhouden. De eerste ronde gaat vaak nog wel lekker, maar daarna ga je zitten en voel je direct de verzuring. Met dat gevoel moet je je snelheid nog een halve ronde zien vast te houden en dat is wanneer je benen vollopen van de verzuring nog best lang.”

“Baanwielrennen is vooral een mentaal spelletje”

Diegene die dat het best doet, die rijdt de snelste tijd en wint. Dat betekent dat Kalee veel moet trainen om mijn pijngrens te verleggen. In minder dan een minuut vraagt ze van haar lichaam wat een hardloper van zichzelf vraagt gedurende een hele marathon. “Dat is vooral een mentaal spelletje: constant jezelf dwingen om door de pijn heen te trappen en dat blijven herhalen. Alleen daardoor bouw je vermogen en explosiviteit op.”

Scholieren informeren

Kalee merkt dat de baansport dankzij de successen van onder meer Harrie Lavreysen, Jeffrey Hoogland en Shanne Braspennincx bekender is geworden. Onlangs bezocht ze enkele scholen in Almere om te vertellen over haar sport. Kalee: “Almere heeft zelf geen wielerbaan, dus om jongens en meisjes enthousiast te maken voor de sport zullen we naar ze toe moeten gaan. Ik vond het enorm leuk om voor de klas te staan en te vertellen over baanwielrennen. Ik zou het heel mooi vinden als er - bijvoorbeeld via Sportservice Flevoland - een project kan worden opgestart waarbij dit soort voorlichtingsmomenten vaker plaatsvinden, want baanwielrennen is echt een hele mooie sport en daar vertel ik heel graag over.”

Doelen 

Kalee hoopt zich te kwalificeren voor de Olympische Spelen van 2024 in Parijs, maar beseft dat ze dan nog wel echt wat stappen moet zetten. Kalee: “Ik zal eerst vanuit het CTO opleidingsprogramma de overstap moeten maken naar het topsportprogramma. De olympische baanwedstrijden tijdens Los Angeles 2028 zijn dan wellicht ook iets realistischer als lange termijn doel. Het is nu vooral zaak om progressie te tonen tijdens het NK teamsprint (in november 2021, red.) en tijdens het individuele Nederlands kampioenschap. Van daaruit hoop ik nog snellere tijden en nog betere resultaten neer te gaan zetten.”

Gert Bonestroo