Oud-gedeputeerde sport, Jaap Lodders

Oud-gedeputeerde sport, Jaap Lodders

“Flevolandse sport staat er momenteel zeer goed op”


Jaap Lodders mag zonder enige twijfel gerekend worden tot één van de kleurrijkste politici van Flevoland. Dat imago dankt hij niet in de laatste plaats aan zijn passie voor sport en zijn betrokkenheid bij de provinciale sporters, clubs en evenementen. Jaap Lodders maakte van 1994 tot en met 2018 deel uit van het politieke spectrum.

Lodders is in zijn loopbaan actief geweest op provinciaal en gemeentelijk niveau. Hij begon zijn politieke carrière in 1994 als lid van de gemeenteraad van Lelystad. In 2000 werd hij fractievoorzitter van de gemeenteraadsfractie. Van 2002 tot eind 2009 was hij in Lelystad wethouder van onder andere economische zaken en verkeer en vervoer. Na de verkiezingen voor Provinciale Staten op 2 maart 2011 werd Lodders lid van Provinciale Staten in Flevoland, en vanaf mei 2011 lid van Gedeputeerde Staten. Dit zou hij tot en met 2018 blijven. Waarna hij aantrad als wethouder sport in de gemeente Almere. Tijdens zijn gemeentelijke functies merkte hij dat er vanuit de gemeenten duidelijk behoeftes lagen om ondersteund te worden in het kader en uitvoeren van sportbeleid. “Sportservice Flevoland was in het begin ook echt een vraagbaak voor de lokale politiek. En is dat eigenlijk nog steeds.”

Vernieuwende, moderne (sport)provincie
Terugkijkend naar de oprichting van Sportservice Flevoland concludeert Lodders dat dit provinciale orgaan is opgetuigd naar aanleiding van de ervaringen in andere provincies en dat er gaandeweg een eigen cultuur is ontstaan bij Sportservice Flevoland. “We zijn een moderne provincie met korte lijnen die graag vernieuwend wil zijn. Het voordeel daarbij is dat we maar zes gemeenten hebben en het sportbeleid redelijk overzichtelijk ingevuld kan worden.”

Ontplooiing Flevolandse sportcultuur
Dat vernieuwende sausje werd in allerlei beleidsterreinen doorgevoerd. Een voorbeeld daarvan was het CMO (Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling), dat ongeveer op hetzelfde moment als steunpunt werd ingericht. Voor al die organisaties gold dat er van niets iets gemaakt moest worden: “Sportservice Flevoland heeft in de beginjaren van hun bestaan (en ook daarna nog) dan ook echt bergen verzet om die sportcultuur tot ontplooiing te brengen.” Vervolgens brak er een roerige tijd aan: Sport en bestuur werden flink op de proef gesteld. Tussen 2011 en 2015 ging de provincie bezuinigen op een aantal beleidsterreinen. Sport was één van de ‘slachtoffers’. Lodders: “Taken die door de gemeenten gedaan werden, stonden ook in het takenpakket van Sportservice Flevoland. Die overlap werd weggenomen, waardoor er enerzijds een afgeslankte organisatie ontstond, maar anderzijds ook ruimte voor nieuwe impulsen.”

Minder budget, andere taken
Inhoudelijk betekende de bezuinigingsronde nogal wat. Niet alleen het budget werd afgebouwd, ook werd de organisatie een stuk kleiner en het takenpakket veranderde substantieel. Er is in die tijd veel overleg geweest, waardoor er samen met alle betrokkenen uiteindelijk een mooie consensus ontstaan is die volgens Lodders heeft geleid tot een constructieve oplossing. “Stapje voor stapje werd er een nieuwe organisatie opgebouwd. In beginsel werden er vanuit diverse kaders toen twee kernsporten geformuleerd: watersport en triathlon. Gecombineerd met talentontwikkeling en aangepast sporten, omdat dat duidelijk bovengemeentelijke taken zijn.”

Trainingscentra en evenementen
“Ook werden er Regionale Training Centra (RTC) opgericht om ook in de toekomst kwaliteit te kunnen blijven garanderen. En als laatste taak is er vanuit de provincie en gemeente op aangestuurd dat Sportservice Flevoland ondersteunend en coördinerend optreedt bij het binnenhalen van grote sportevenementen die Flevoland op de kaart zetten. Een mooi voorbeeld hiervan is Eventing Emmeloord in het Kuinderbos. Een evenement dat mede dankzij een gericht sportbeleid de ruimte heeft gekregen om zich door te ontwikkelen. Ik zie dat dan ook als een direct resultaat van de keuzes die gemaakt zijn tijdens de transitieperiode tussen 2011 en 2015.”

Eigen sportkarakter
En die efficiencyslag heeft de provincie, Sportservice en sportend Flevoland geen windeieren gelegd: “Momenteel staat de sport in Flevoland er erg goed op. We hebben veel talenten en alle sporten zijn goed vertegenwoordigd. Dat heeft ook flink wat topsporters opgeleverd, waardoor Flevoland langzaam maar zeker een eigen sportkarakter krijgt. De keuze voor een beperkt aantal kernsporten is wat mij betreft de juiste geweest en mijn advies zou ook zijn om dat in de toekomst zo te houden.”

Drie pijlers
Na de transitie is Sportservice onderdeel van de Ontwikkelingsmaatschappij Flevoland (OMFL) geworden. Nadat de OMFL is overgegaan in Horizon is Sportservice Flevoland weer een zelfstandige organisatie geworden. Als autonoom opererend orgaan draait Sportservice Flevoland nu op drie pijlers: toetsing en beoordeling economische waarde, ondersteunen en stimuleren talentontwikkeling en faciliteren van gehandicaptensport. Voormalig Sportservice directeuren Monica Visser en Ingrid Bruin hebben dat proces richting de nieuwe kernwaarden begeleid. Maar de basis hiervoor werd natuurlijk daarvoor al gelegd en is door alle medewerkers die daarna zijn gekomen omarmd en verder uitgedragen.”

Vertrouwen richting toekomst
Onder leiding van Roely Graman werd de overgang naar de OMFL bewerkstelligd. Lodders, tegenwoordig volger vanaf de zijlijn, vindt dat daarmee een stevig fundament is gelegd waarmee het huidige team, dat wordt aangestuurd door directeur Rudi Tuijn helpt bij het realiseren van de huidige en toekomstige plannen: “De hele ommezwaai gebeurde allemaal in de periode dat ik gedeputeerde was in Flevoland en dat was absoluut een roerige periode. Ook vanuit provinciaal en bestuurlijk oogpunt. Maar Sportservice Flevoland is daar naar mijn mening alleen maar sterker uitgekomen en kan nu met een duidelijke visie met vertrouwen naar de toekomst kijken.”