© Fotostudio Wierd
De heer Leen Verbeek is sinds november 2008 Commissaris van de Koning in Flevoland. In die jaren maakte hij veel transities mee, ook op het gebied van sport, sportbeleving en sportinfrastructuur. In die twaalf jaar zag hij de provincie groeien, ontwikkelen en zelfstandiger worden. “Maar er valt nog een wereld te winnen”, aldus de 67-jarige bewindsman van de PvdA.
Sport en bestuur, het lijken twee totaal verschillende zaken. Maar niets is minder waar. Sport heeft volgens Verbeek meerdere betekenissen uiteenlopend van sociaal maatschappelijk tot gezondheid en economisch. “En er zit ook een recreatieve en toeristische kant aan sport”, zo begint Verbeek zijn analyse. “Plezier en uitdagingen gaan hand in hand, alsmede het opdoen van sociale contacten. In die breedste zin van het woord kijk ik tegen sport aan. En die visie is door alles rondom het coronavirus zelfs nog wel wat versterkt.”
Opbouw van sportinfrastructuur
Vanaf het moment dat de Rijksdienst IJsselmeerpolders werd opgericht tot en met de beginjaren van de Provincie Flevoland was de provincie mede-coördinator bij de opbouw van de totale samenleving en dus ook de sportinfrastructuur. Dat veranderde echter al snel. “Flevoland heeft niet zoals het oude land een jarenlange sporttraditie. Daar zijn we als gebied te jong voor”, begint Verbeek zijn historische terugblik. “Maar als je kijkt naar de geschiedenis van Flevoland met betrekking tot de opbouw van gemeenschappen en gemeenten, dan verliep dat nog heel planmatig.”
“Sportverenigingen zijn algemenere organisaties geworden”
“En dat gold ook voor de ontwikkeling van de sport. Er werden katholieke en protestante sportclubs opgericht. Net als in de rest van de samenleving is die scheiding de afgelopen decennia duidelijk verwaterd dankzij samenwerkingen. Sportverenigingen zijn daarmee veel algemenere organisaties geworden, waarbij ik wel wil benadrukken dat zich dat heeft afgespeeld op gemeentelijk niveau en niet zozeer op provinciaal niveau, waar ik zelf werkzaam ben.”
Provinciale ondersteuning
De provincie heeft vooral een ondersteunende rol op vlakken waar de gemeenten – om wat voor redenen dan ook – niet in thuis zijn of aan toe komen. Verbeek: “Denk daarbij aan gehandicaptensport, topsport en de grote evenementen in de sport. Deze onderdelen overstijgen de gemeenten en moeten op een ander niveau worden aangestuurd.”
“Sportservice is ondersteunend, faciliterend en coördinerend”
En juist daar ligt de kracht en waarde van Sportservice Flevoland, zo stelt de Commissaris van de Koning vast: “Sportservice is vooral ondersteunend, faciliterend en coördinerend richting de gemeenten en houdt zich in veel mindere mate bezig met autonoom sportbeleid.”
Kennis delen
Verbeek vat het takenpakket van Sportservice als volgt samen: “Kennisstromen bij elkaar brengen waar dat van nature niet gebeurt.” En dat gebeurt volgens hem op een slimme manier, waarbij wordt uitgegaan van eigen kracht: “Als je kijkt naar de fysieke situatie van de provincie, dan is het niet onnatuurlijk dat er in Flevoland veel gebeurt op het gebied van zeil- en watersport. Daarnaast zien we – vooral de laatste jaren – ook nieuwe kansen ontstaat. Ik neem daarbij de Mud-Runs als voorbeeld. Dat is in Flevoland ontstaan en dat is ook wel logisch als je kijkt naar de invulling van het gebied, ruimte daarin en hoe je die kunt gebruiken. Datzelfde kan gezegd worden voor triathlon.”
Schaalsprongen
Verbeek ziet dat de basis van de sport en het verenigingsleven inmiddels staat en goed functioneert, waardoor er nu andere bewegingen (kunnen) ontstaan. “Ik heb in de twaalf jaar dat ik nu Commissaris van de Koning mag zijn ervaren dat er schaalsprongen gemaakt zijn. Daar waar het aanvankelijk heel basaal was, zie je dat er in Flevoland door een aantal glazen plafonds wordt gesprongen en die ontwikkeling zien we in de sport ook. De kers op de taart komt tevoorschijn: grotere sporttoernooien, meer mogelijkheden voor de gehandicaptensport waar Sportservice een heel belangrijke rol in speelt en in de topsportontwikkeling. Dat ontstaat niet vanzelf, dus wordt er vanuit Sportservice nagedacht om de omstandigheden te optimaliseren voor topsport.”
Totale provincie
Verbeek ziet dat die projecten stuk voor stuk succesvol worden uitgerold en roemt daarbij de inzet van iedereen in de totale provincie van Almere tot Noordoostpolder en van Zeewolde tot Urk. Maar benadrukt ook het belang van de Regionale Training Centra (RTC)’s).
“Kennis benutten voor verdere groei”
Allemaal zaken waarbij de sport bestuurlijk Flevoland nodig heeft en waarbij ook goed wordt samengewerkt. “Maar we zitten nog steeds in een groeifase. In de sport streef je altijd naar verbetering. We zijn dan ook constant alert naar de mogelijkheden die zich aandienen, want de sport is nog meer dan een ander beleidsterrein een zeer dynamische sector waarin veranderingen snel kunnen gaan. De ambitie van de provincie is om constant het niveau van de sport, in de breedte maar ook in de top, te verbeteren. Daarover is ook veel kennis aanwezig binnen de provincie en die benutten we zo goed mogelijk.”
Topsport als aanjager
Verbeek was voor zijn aanstelling in Flevoland onder meer Burgemeester van Purmerend en wethouder in Houten. Hij zag daar volgens eigen zeggen dezelfde schommelingen in de sportbeleving als hier. Die golfbeweging is volgens Verbeek logisch en vaak verbonden aan prestaties van boegbeeld mensen, zoals Kiran Badloe en Lilian de Geus dat op dit moment voor Flevoland zijn. Verbeek hecht dan ook veel waarde aan een goed topsportklimaat in Flevoland: “Ook daarin is nog een wereld te winnen als het gaat om het benutten van het kennisnetwerk. Vooral om de kennis te krijgen daar waar die nodig is. Wij nemen als provincie het voortouw om die kennis van hoog tot laag te verspreiden. Daar spelen de sportkoepels een belangrijke rol in, maar ook zeker via Sportservice Flevoland. Maar daar valt nog echt heel veel te halen, al hebben we al heel veel stappen gezet in de afgelopen dertig jaar.”
Trots
Terugkijken is Verbeek vooral trots op de prestaties die Sportservice Flevoland heeft verricht en in het verlengde daarvan de inspanningen die de gemeentelijke sportbedrijven doen om per gemeente de sport in Flevoland zo goed mogelijk te ondersteunen. “We hebben volwassen gemeenten die volwaardige sportorganisaties hebben. Als provincie zijn we daar bijzonder blij mee en trots op. Waar wij ons als provincie mee bezighouden zijn de regionale aspecten rondom de evenementen, gehandicaptensport en topsport. Ook daar hebben we prima resultaten geboekt door een infrastructuur te bieden om aan de voorkant dingen mogelijk te maken. En daar speelt Sportservice Flevoland, samen met vele andere partijen natuurlijk, een belangrijke rol in.
“Meer geld, expertise en ruimte voor sport”
Verbeek vervolgt: “Hoewel sport formeel geen provinciale kerntaak is, schuurt het wel tegen veel beleidsterreinen aan. Om het perspectief te zetten: de recreatie- en sportsector zijn momenteel een grotere werkgever in Flevoland, dan de agrarische sector. Dus we moeten het algehele belang niet onderschatten. Sport is in die dertig jaar van een beperkte rol naar een zeer prominente rol gegroeid. Het is wat mij betreft dan ook zeker niet ondenkbaar dat er de komende jaren vanuit bestuurlijk Flevoland nog meer geld, expertise en ruimte wordt gegeven aan het op peil houden van de sport in Flevoland. Al blijft dat natuurlijk een rol van de politiek."
© Header foto: Bram de Vrind de Fietsjournalist
Sportflevo © Copyright 2023 - Powered by iClicks